De ChristenUnie wil dat de Nederlandse regering vooraf uitsluit dat er kinderarbeid wordt toegepast bij geleverde producten voor de Nederlandse politiemissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz.
Dat heeft een woordvoerder van de partij vrijdag verklaard. Tweede Kamerlid Joel Voordewind zal dinsdag bij het Algemeen Overleg Mensenrechtenbeleid van minister Uri Rosenthal (Buitenlandse zaken) eisen dat er geen producten met kinderarbeid worden afgenomen bij de missie in Kunduz.
Voordewind zegt in een verklaring: “Minister Rosenthal moet niet alleen aandringen op bestrijding van kinderarbeid in Afghanistan, maar ook expliciet uitsluiten dat er producten worden gebruikt waar kinderhanden aan gewerkt hebben. De NAVO mag niet in stand houden dat 13.500 kinderen in steenbakkerijen werken.”
Aanleiding voor deze zorgen zijn een eerder bericht in de New York Times over kinderarbeid bij baksteenproductie in Afghanistan.
Het vermoeden bestaat dat leveranciers van NAVO-missies zich schuldig maken aan kinder- en dwangarbeid. Voor deze praktijk waarschuwde de campagne ‘Stop Kinderarbeid – School, de beste werkplaats’.
Voordewind stelde op 2 maart al Kamervragen over de bewering dat in Afghanistan producten met kinder- en slavenarbeid worden gebruikt in NAVO-projecten.
maandag 13 juni 2011
ChristenUnie eist uitsluiting kinderarbeid politiemissie Kunduz
Labels:
joel voordewind,
kinderarbeid,
Kunduz,
politietrainingsmissie