maandag 27 juni 2011

“8-jarig meisje met tas explosieven omgekomen in Uruzgan”

Een acht jaar oud meisje is in de Zuid-Afghaanse provincie Uruzgan om het leven gekomen toen ze een tas met explosieven die ze van Taliban had gekregen naar de politie bracht en die explodeerde.

Dat heeft de Afghaanse regering zondag gemeld. De tas ontplofte voordat ze de politiepost in het district Char Chino had bereikt. Onder de politie vielen geen slachtoffers, zo meldt het persbureau Reuters.

“De opstandelingen overhandigden een tas met een huisgemaakte bom aan een achtjarig meisje en vroegen haar die naar de politie te brengen,” aldus een verklaring van het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken.

Toen het meisje dicht bij de politie was, explodeerde de tas en het meisje vond de dood.

maandag 13 juni 2011

ChristenUnie eist uitsluiting kinderarbeid politiemissie Kunduz

De ChristenUnie wil dat de Nederlandse regering vooraf uitsluit dat er kinderarbeid wordt toegepast bij geleverde producten voor de Nederlandse politiemissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz.

Dat heeft een woordvoerder van de partij vrijdag verklaard. Tweede Kamerlid Joel Voordewind zal dinsdag bij het Algemeen Overleg Mensenrechtenbeleid van minister Uri Rosenthal (Buitenlandse zaken) eisen dat er geen producten met kinderarbeid worden afgenomen bij de missie in Kunduz.

Voordewind zegt in een verklaring: “Minister Rosenthal moet niet alleen aandringen op bestrijding van kinderarbeid in Afghanistan, maar ook expliciet uitsluiten dat er producten worden gebruikt waar kinderhanden aan gewerkt hebben. De NAVO mag niet in stand houden dat 13.500 kinderen in steenbakkerijen werken.”

Aanleiding voor deze zorgen zijn een eerder bericht in de New York Times over kinderarbeid bij baksteenproductie in Afghanistan.

Het vermoeden bestaat dat leveranciers van NAVO-missies zich schuldig maken aan kinder- en dwangarbeid. Voor deze praktijk waarschuwde de campagne ‘Stop Kinderarbeid – School, de beste werkplaats’.

Voordewind stelde op 2 maart al Kamervragen over de bewering dat in Afghanistan producten met kinder- en slavenarbeid worden gebruikt in NAVO-projecten.

dinsdag 7 juni 2011

Twee jonge meisjes vermoord in Afghanistan, een overleeft poging tot wurging

Twee jonge meisjes zijn dood aangetroffen in verschillende delen van Afghanistan terwijl een derde een wurgpoging heeft overleefd.

De dode meisjes werden gevonden in het oosten en het zuidoosten van Afghanistan. Dat meldt het Afghaanse persagentschap Pajhwok.

Het lichaam van een van de meisjes werd aangetroffen in het gebied Mohammad Khel, buiten de stad Khost, de hoofdstad van de gelijknamige provincie in Zuidoost-Afghanistan.

Kolonel Tahir van een Quick Reaction Force zei tegen Pajhwok dat het lichaam werd gevonden door veiligheidstroepen. Het meisje is in het hoofd geschoten en nog niet geïdentificeerd.

Ze zou geen inwoonster zijn van de provincie Khost. Er wordt een onderzoek ingesteld.

Bij een ander incident in de oostelijke provincie Kunar zijn twee jonge meisjes gewurgd. Een van de meisjes overleed, de ander overleefde de aanval op haar leven.

De chef van de antiterrorisme-eenheid, kolonel Abdul Matin, vertelde dat het incident zondag laat plaatsvond in het gebied Lacha Geli in het district Narg.

De dader is gevlucht en de politie stelt een onderzoek in. De politie verdenkt een neef van de meisjes van de misdaad.

Het meisje dat de aanval heeft overleefd is terug bij haar familie. Het stoffelijk overschot van het vermoorde meisje is overgedragen aan haar familie.

maandag 23 mei 2011

Politie Afghanistan op zwarte lijst VN wegens rekruteren en seksueel misbruiken van kinderen

De Afghaanse politie staat in een adem samen met Al-Qaida in Irak en de obscure Lord’s Resistance Army in Oeganda op de zwarte lijst van gewapende groeperingen die kinderen rekruteren en seksueel misbruiken.

Dat heeft de Duitse krant Frankfurter Allgemeine Zeitung gemeld. De Speciale Rapporteur van de VN voor Kinderen in Gewapende Conflicten, Radhika Coomaraswamy, heeft de Afghaanse politie in haar jaarbericht over 2010 op die zwarte lijst geplaatst.

De VN meldde eerder al dat de politie kinderen rekruteert voor gevaarlijke klussen, zoals het doorzoeken van auto’s. Daarnaast misbruiken hoge politiecommandanten Afghaanse jongens als “dansknapen”, het zogenoemde Bacha Bazi.

Ze moeten daarbij dansen in vrouwenkleding en vervolgens worden ze seksueel misbruikt.

De Frankfurter Allgemeine schrijft dat jongens, in de leeftijd tussen 11 en 16 jaar, door zeer invloedrijke mannen worden gebruikt voor erotisch tijdsverdrijf. De VN wil daar tegen optreden, maar het “knapenspel” zit ingebakken in de traditie.

De krant stelt in het artikel ook misstanden in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz aan de orde.

De molen van de Afghaanse justitie maalt langzaam. Dat moest ook Hafizullah Khaliqyar ervaren, de voormalige openbaar aanklager van Kunduz, die Bacha Bazi wilde bestrijden.

Hij liet talrijke invallen uitvoeren. Daarbij liet hij ook de muzikant Feruz Kunduzi aanhouden, die met illegale Bacha Bazi video’s beroemd is geworden, en die in de hoogste kringen komt.

Maar hij bleef niet lang vast zitten in de gevangenis.

Invloedrijke mannen, zoals Maulana Saidkhili, de inmiddels bij een zelfmoordaanslag gedode politiecommandant van Kunduz, Khalil Andarabi, de politiechef van de Noord-Afghaanse provincie Faryab en de Afghaanse vice-president Mohammad Qasim Fahim maakten zich sterk voor hem.

Korte tijd later raakte Khaliqyar zijn aanstelling kwijt. “Dit is de reden waarom ik nog steeds geen nieuwe baan heb,” zo zegt hij in de krant.

In de vorige oorlog in Afghanistan werden veel jongens ontvoerd. De mudjahedien-strijders grepen hun Bacha’s met geweld, en de “knapendans” ontwikkelde zich tot een geliefd tijdsverdrijf voor strijders, die hun familie maandenlang niet zagen.

De toenmalige mudjahedien zijn vandaag de dag Afghaanse agenten.

Bacha Bazi is een vast bestanddeel van de cultuur, maar het geldt als onislamitisch. De Taliban hadden het verboden. Volgens de Frankfurter Allgemeine omdat het geassocieerd wordt met homoseksualiteit.

De krant meldt dat in Kunduz een jongen in de jeugdgevangenis heeft gezeten om wie twee militiecommandanten strijd voerden en waarbij twee doden vielen. De dansknaap kreeg de schuld en zes jaar gevangenisstraf.

Zie ook:
Politiemensen en soldaten in Afghanistan maken zich straffeloos schuldig aan mishandeling, marteling en het doden van burgers en werving en seksueel misbruik van kinderen.
Afghaanse agenten en militairen martelen en doden burgers en misbruiken kinderen (10-5-2011).

Verenigde Naties: Zeer machtige commandanten, vooral binnen de Afghaanse politie, rekruteren minderjarigen voor gevaarlijke opdrachten en maken zich schuldig aan seksueel misbruik van jongens.
Politie Afghanistan rekruteert en misbruikt kinderen (8-02-2011).

vrijdag 20 mei 2011

Kinderarbeid Kamervragen CU NAVO producten geproduceerd door kinderarbeid

Kamerlid Joël Voordewind (CU) stelde op 2 maart Kamervragen over de bewering dat in Afghanistan producten met kinder- en slavenarbeid worden gebruikt in NAVO-projecten.

Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken heeft deze vragen op 4 mei beantwoord.

De vragen en antwoorden:

Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de bewering dat in Afghanistan producten met kinder- en slavenarbeid worden gebruikt in NAVO-projecten (ingezonden 22 maart 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) en staatssecretaris Knapen (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 4 mei 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «In Afghan Kilns, a Cycle of Debt and Servitude»1 over kinder- en slavenarbeid in baksteenfabrieken in Afghanistan, waarvan de bakstenen volgens lokale eigenaren en hun agenten «routinematig» worden gebruikt in NAVO-projecten?»

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u opheldering verschaffen of deze aantijgingen tegen de NAVO waar zijn?

Antwoord 2

Van de NAVO is vernomen dat ISAF nadrukkelijk controleert op welke wijze ISAF fondsen worden uitgegeven. Bij de uitvoering van het werk wordt erop gelet of er sprake is van kinderarbeid. Van uitvoerders kan de NAVO met redelijke zekerheid aangeven dat deze geen kinderen in dienst hebben. De NAVO voert een zero tolerance beleid wanneer kinderarbeid wordt geconstateerd.

Zo is in de huidige contracten van de ISAF/NAVO opgenomen dat uitvoerders geen gebruik mogen maken van kinderarbeid. Indien dit toch wordt geconstateerd, dan wordt het contract per direct ontbonden en draait de uitvoerder op voor de gemaakte schade.

In oudere contracten is de kinderarbeidclausule nog niet opgenomen. als er sprake blijkt te zijn van kinderarbeid wordt met de uitvoerder gesproken en geprobeerd het bestaande contract door het nieuwe te vervangen. Als dat laatste niet lukt en de uitvoerder blijft volharden in het gebruik van kinderarbeid, dan wordt het contract ontbonden.

Vraag 3

Bent u bereid deze kwestie en andere mogelijke leveringen aan de NAVO van producten van kinder- en slavenarbeid bij de NAVO en de internationale coalitie onder de aandacht te brengen en indien nodig aan te dringen op maatregelen daartegen?

Antwoord 3

Nederland hecht veel waarde aan de uitbanning van kinderarbeid. Zie ook beantwoording vraag 4. Het onderwerp heeft reeds de aandacht van de NAVO en Nederland heeft deze kwestie besproken met het kantoor van de civiele vertegenwoordiger van de NAVO in Kabul.

Vraag 4

Onderneemt de Nederlandse regering zelf activiteiten om kinder- en slavenarbeid in Afghanistan te bestrijden, onder meer waar het gaat om leveringen van met kinder- en slavenarbeid gemaakte producten aan de NAVO en de internationale coalitie? Zo ja, welke activiteiten, op terreinen als hulp voor rehabilitatie, effectieve controle, politiek overleg enzovoort, zijn dit? Zo nee, bent u bereid om dergelijke activiteiten tegen kinder- en slavenarbeid in Afghanistan te ondernemen?

Antwoord 4

De regering blijft zich sterk maken voor de ratificatie en tenuitvoerlegging van de vier fundamentele arbeidsnormen van de ILO, waaronder het verbod op kinderarbeid. De regering ziet het als haar taak het onderwerp aan te kaarten bij bilaterale bezoeken en in multilateraal verband aan te dringen op ratificatie en implementatie van internationale mensenrechteninstrumenten. Het verbieden van kinderarbeid moet deel uitmaken van een integrale strategie die korte- en lange termijnoorzaken tegelijkertijd aanpakt. Over de Nederlandse inzet tegen kinderarbeid ontving de Kamer in april 2010 een brief.

In Afghanistan heeft Nederland de «Afghanistan Independent Human Rights Commission» (AIHRC) ondersteund. De AIHRC richt zich ook op kinderrechten (AIHRC «Child Protection Unit»). In Uruzgan heeft het «Dutch Consortium Uruzgan» (DCU) zich ook ingezet voor kinderrechten. Er zijn trainingen over kinderrechten en kinderbescherming gegeven aan leerkrachten, politieagenten en andere overheidsfunctionarissen. Tevens zijn bewustwordingscampagnes opgezet die de dorpsoudsten en de bevolking informeren over het belang van onderwijs, kinderbescherming en kinderrechten. Ook is een centrum voor straatkinderen en werkende kinderen opgericht waar kinderen een beroepsopleiding kunnen volgen en wordt de toegang van straatkinderen en werkende kinderen tot gewone scholen verbeterd.

Daarnaast heeft Nederland onderwijsprogramma’s en werkgelegenheidsprogramma’s (inclusief kleine microkredieten) in Uruzgan gefinancierd. Bij de onderwijsprogramma’s was er ook aandacht voor informeel onderwijs op huislocaties voor kinderen die buiten het formele onderwijs waren gevallen (de zogenoemde «accelerated learning classes»).

Vraag 5

Hoe gaat de Nederlandse regering toezien en indien nodig voorkomen dat er leveranties van producten gemaakt met kinder- en slavenarbeid plaatsvinden aan de Nederlandse missie in Kunduz?

Antwoord 5

In contracten met uitvoerders zal een clausule opgenomen worden over kinderarbeid.

Vraag 6

Bent u bekend met het rapport «An Overview on Situation of Child Labour in Afghanistan» van de «Afghanistan Independent Human Rights Commission»3uit 2006 en informatie van onder meer Unicef over omvangrijke kinderarbeid in onder andere de straatverkoop, het weven van tapijten, het maken van schoenen en het repareren van auto’s?

Antwoord 6

Ja.

Vraag 7

Wat is de meest recente stand van zaken met betrekking tot de deelname aan basisonderwijs van jongens en meisjes in Afghanistan? Wat zijn de meest recente cijfers op het gebied van kinderarbeid?

Antwoord 7

Momenteel zijn ongeveer 7 miljoen Afghaanse kinderen ingeschreven op school, van wie 37% meisjes. Van alle Afghaanse kinderen in de schoolgaande leeftijd betreft dit pas 58%. 42% van de Afghaanse kinderen, met name meisjes, gaat niet naar school. Daarnaast is ongeveer 15%, bijna een miljoen, van de ingeschreven leerlingen permanent afwezig (bron: Interim Plan van het Ministerie van Onderwijs van februari 2011, blz 6).

Volgens gegevens van UNICEF verricht omstreeks 25% van de Afghaanse kinderen onder de 14 jaar kinderarbeid. Het is volgens UNICEF echter bijzonder lastig om betrouwbare cijfers te achterhalen.

Vraag 8

Is het u bekend of de aanbevelingen in het in vraag 6 genoemde rapport op het gebied van onderwijs, werkgelegenheid, wetgeving en bescherming van kinderen een vervolg hebben gekregen middels concrete projecten en programma’s? Bent u bereid de regering van Afghanistan daarover om informatie te vragen en zo nodig aan te bieden om te helpen deze aanbevelingen uit te voeren?

Antwoord 8

De afgelopen jaren heeft de Afghaanse regering reeds enkele positieve stappen gezet. Het onderwijs is sterk verbeterd; in 2001 waren er minder dan 1 miljoen kinderen ingeschreven, nu zijn dat er circa 7 miljoen. Onder het Taliban bewind gingen ongeveer 5 000 meisjes naar school, dat zijn er nu 2.4 miljoen. Er zijn «vocational training» programma’s voor kinderen opgezet in de stedelijke gebieden. Medio 2009 heeft de regering het eerste rapport onder het kinderrechtenverdrag gepubliceerd. Dit rapport vormt het raamwerk voor verdere activiteiten op het gebied van kinderrechten. In april 2010 heeft Afghanistan het ILO verdrag tegen de ergste vormen van kinderarbeid en het ILO verdrag dat de minimum leeftijd voor werk vastlegt, geratificeerd. Er is echter nog veel werk te verzetten ondermeer op het gebied van de informele sector, monitoring en de regulering van werkplaatsen en mechanismen op gemeenschapsniveau.

De laatste jaren is er meer aandacht van de kant van VN-organisaties, NGO’s en donoren. ILO en UNICEF zijn leidend. UNICEF heeft eind 2010 aangegeven de Afghaanse regering ondersteuning te verlenen bij het opstellen van de «comprehensive Child Act». UNAMA en AIHRC zijn in overleg over de verdere implementatie van de aanbevelingen uit het rapport van AIHRC.

Nederland stelt in internationaal en EU verband herhaaldelijk mensenrechten(kwesties) en het belang om kinderarbeid uit te bannen aan de orde in de politieke (mensenrechten)dialoog met de Afghaanse regering. Zie ook beantwoording van vraag 4.

vrijdag 8 april 2011

Afghaanse meisje Sahar mag in Nederland blijven

Het Afghaanse meisje Sahar dat al tien jaar in Nederland woont mag in Nederland blijven. Ook andere verwesterde Afghaanse meisjes die lang in Nederland zijn, mogen blijven. In Afghanistan lopen zij grote risico's.

Minister Gerd Leers (Immigratie en Asiel/CDA) heeft aan de Kamer geschreven dat onder bepaalde omstandigheden van meisjes met een verwesterde levensstijl niet mag worden gevraagd om naar Afghanistan terug te gaan.

Leers schrijft: “Onder bepaalde omstandigheden kan van meisjes met een verwesterde levensstijl niet worden gevraagd terug te keren naar hun land van herkomst Afghanistan. Het gaat om die meisjes die individueel aannemelijk maken dat door een samenstel van factoren, terugkeer naar Afghanistan een onevenredige psychosociale druk ontstaat.”

Hij denkt dat het om 40 tot 100 meisjes gaat.

Leers geeft een verblijfsvergunning aan Sahar en haar familie, nadat hij haar aanvankelijk het land uit wilde zetten. Maar de rechtbank concludeerde dat de afwijzing van haar asielaanvraag niet goed was onderbouwd door de immigratiedienst.

GroenLinks eiste eind vorige maand dat Leers per direct zou stoppen met het uitzetten van schoolgaande meisjes naar Afghanistan.

De partij laat in een reactie weten: “Dit is geweldig nieuws voor Sahar, haar familie en haar klasgenoten.”

“Goed dat de regering de verantwoordelijkheid neemt voor deze meisjes die zo lang in Nederland zijn. Sahar en de andere jonge meiden kunnen nu iets maken van hun toekomst in Nederland in plaats van een onveilig en onderdrukt bestaan te leiden in Afghanistan.”

De regeringspartijen VVD en CDA hebben ingestemd met het besluit van Leers. Naast GroenLinks zijn de andere oppositiepartijen SP, ChristenUnie en PvdA blij met de beslissing dat Sahar en haar familie mogen blijven.

De PVV aanvaardt het besluit van Leers. De partij gaat ervan uit dat Leers maar in een klein aantal soortgelijke gevallen een verblijfsvergunning zal vertrekken.

Uit een ambtsbericht van minister Leers van vorige week bleek dat de veiligheidssituatie voor schoolgaande meisjes in Afghanistan is verslechterd.

Hij meldde dat meisjes daar het risico lopen lijfstraffen te krijgen op scholen, worden uitgehuwelijkt en vaak slachtoffer zijn van huiselijk en seksueel geweld.

In 2010 werden 500 incidenten in Afghanistan gemeld die met onderwijs te maken hadden, waarvan 242 met dodelijke afloop. Verwesterde meisjes lopen een extra groot risico.

Zie ook:
GroenLinks eist onmiddellijke stop uitzetting schoolgaande meisjes naar Afghanistan
VN wil grotere inspanningen om schending rechten van kind in Afghanistan te stoppen

dinsdag 29 maart 2011

GroenLinks eist onmiddellijke stop uitzetting schoolgaande meisjes naar Afghanistan

GroenLinks wil dat minister Gerd Leers (CDA) van Immigratie en Asiel per direct stopt met het uitzetten van schoolgaande meisjes naar Afghanistan. Kinderen die onderwijs volgen en in het bijzonder (verwesterde) meisjes lopen een groot risico in Afghanistan.

Uit een vandaag verschenen ambtsbericht van de minister van Buitenlandse Zaken blijkt dat
minister Leers laat weten dat meisjes het risico lopen lijfstraffen te krijgen op scholen, worden uitgehuwelijkt en vaak slachtoffer zijn van huiselijk en seksueel geweld.

Bijzondere aandacht gaat uit naar de situatie voor westerse meisjes, zoals het meisje Sahar. Op scholen zijn zij eerder het mikpunt van vernedering en spot. Zij ondervinden veel intimidatie op straat en moeten een hoofddoek dragen.

Ze mogen niet met mannen praten en leven onder grote psychosociale druk.

GroenLinks-Kamerlid Dibi vraagt daarom met spoed een overleg met Leers aan.

Dibi zegt: “Het ambtsbericht laat niets aan twijfel over. We moeten stoppen met het uitzetten van schoolgaande meisjes naar Afghanistan.”

Minister Leers beraadt zich over de vraag of hij naar aanleiding van het ambtsbericht beleidsmatige stappen moet nemen.

Dibi wil hem in het debat met de commissie Immigratie en Asiel oproepen te stoppen met de uitzetting van schoolgaande meisjes naar Afghanistan.

Het gaat om ongeveer 400 Afghaanse meisjes die in Nederland verblijven.

De veiligheidssituatie voor schoolgaande en verwesterde meisjes is verslechterd in Afghanistan.

In 2010 werden 500 incidenten geteld die met het onderwijs in Afghanistan te maken hebben. Daarbij vielen 242 dodelijke slachtoffers.

Zie ook:
Het thematische ambtsbericht schoolgaande kinderen (in het bijzonder meisjes) in Afghanistan (Pdf document)

Thematisch ambtsbericht schoolgaande kinderen Afghanistan (in het bijzonder meisjes)


http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/ambtsberichten/2011/03/23/afghaans-onderwijssysteem.html

Zie ook:
VN wil grotere inspanningen om schending rechten van kind in Afghanistan te stoppen

zaterdag 26 februari 2011

VN-chef wil grotere inspanningen om schending rechten van kind in Afghanistan te stoppen

Secretaris-generaal Ban Ki-moon van de Verenigde Naties zegt dat er meer moet worden gedaan om ernstige schendingen van de rechten van het kind in Afghanistan te beëindigen.

Dat heeft hij eerder deze maand in een nieuw rapport aan de VN-veiligheidsraad gemeld. Er moet een eind komen aan onder meer de inzet van kindsoldaten, seksueel geweld en het doden en verminken van kinderen.

Het rapport beslaat de periode van 1 september 2008 tot 30 augustus 2010. Ban Ki-moon erkent dat er vooruitgang is geboekt sinds zijn laatste verslag, in het bijzonder op het gebied van samenwerking met de Afghaanse overheid over de bescherming van kinderen.

Vorige maand sloten de Afghaanse overheid en de VN een overeenkomst waarin het land een verbintenis aanging om kinderen te beschermen die getroffen worden door de strijd, en het rekruteren van minderjarigen te verhinderen binnen de nationale veiligheidsdiensten.

Ban spoorde de overheid aan om ervoor te zorgen dat er afdoende middelen voor een Actieplan beschikbaar komen, met inbegrip van de invoering van wetgeving die het rekruteren van kinderen als een misdaad bestempelt.

Ook mogen grove schendingen van internationale kinderrechten niet onbestraft blijven.

Maar volgens informatie die is verzameld door een Landenwerkgroep voor Observatie en Verslaggeving zijn ernstige misdaden tegen kinderen toegenomen tijdens de periode waarover het verslag gaat.

Deze "Country Task Force" stelde vast dat deelnemende partijen in het conflict kinderen rekruteren, terwijl tal van gevallen die werden gemeld door de media en andere bronnen niet bevestigd konden worden door gebrek aan toegang en veiligheidsoverwegingen.

De werkgroep bevestigde 26 van de 47 gemelde incidenten die het bewijs leveren dat kinderen worden gerekruteerd door gewapende groeperingen, ook door Afghaanse Nationale Veiligheidsstrijdkrachten, waaronder de Afghaanse Nationale Politie.

Daarnaast werden er gevallen gemeld van kinderen die gebruikt werden voor zelfmoordaanslagen en het plaatsen van bermbommen. Deze incidenten leidden vaak tot de dood van de betrokken kinderen.

Kinderen worden ook nog steeds vastgehouden in gevangenissen van buitenlandse troepen. Dit is in strijd met het internationaal recht. Er bestaat bezorgdheid over dat deze kindgevangenen niet worden behandeld in lijn met de internationale standaard voor het jeugdrecht.

Van september 2008 tot en met augustus 2010 vielen door geweld dat in verband staat met de strijd in het land 1.795 doden en gewonden onder Afghaanse kinderen.

Aangenomen wordt dat dit cijfer hoger ligt omdat de toegang tot gebieden die door het conflict worden getroffen moeilijk blijft.

Kinderen waren nog steeds slachtoffer van zelfmoordaanslagen, geïmproviseerde explosieven en raketaanvallen van gewapende groeperingen, waaronder de Taliban.

Ze werden daarnaast slachtoffer van luchtaanvallen en nachtelijke overvallen van regeringsgezinde strijdkrachten.

Bovendien vielen er 568 doden en gewonden onder kinderen door landmijnen en andere explosieve overblijfselen van oorlogsvoering tijdens de periode die het rapport beslaat.

"Seksueel geweld, met inbegrip van dat tegen kinderen, is “doordringend” en er blijft enorm veel niet over gemeld. Het blijft bovendien verborgen in de Afghaanse maatschappij," zo verklaarde de Secretaris-Generaal van de VN.

“Het algemene klimaat van straffeloosheid, een vacuüm in de rechtshandhaving, een gebrek aan vertrouwen in onderzoek en vervolging door de autoriteiten, de schaamte voor schande, hebben een tegendraadse uitwerking op het melden van seksueel geweld en het misbruik van kinderen aan de autoriteiten. Dit beïnvloedt vervolgens het uitblijven van handhaving van de wet en de berechting van de daders.”

Seksueel misbruik van zowel jongens als meisjes is niet duidelijk vastgelegd als een misdaad in de Afghaanse wet, en de plegers van dit geweld hoeven zich zelden te verantwoorden.

De heer Ban Ki-moon moedigt de Afghaanse overheid krachtig aan om nauw samen te werken met de Landenwerkgroep, om de rapportage te verbeteren in het kader van Resolutie 1882 (2009) van de VN-Veiligheidsraad over seksueel geweld tegen kinderen en het doden en verminken van kinderen.

De Afghaanse overheid moet een adequate en snelle juiste procedure waarborgen en verantwoordelijkheid dragen voor de slachtoffers van dit soort schendingen van de rechten van kinderen.

Zie ook:
Verslag van de VN over het rapport:
Ban Ki-moon calls for greater efforts to tackle violations of child rights in Afghanistan
Politie Afghanistan rekruteert en misbruikt kinderen

dinsdag 8 februari 2011

Politie Afghanistan rekruteert en misbruikt kinderen

Zeer machtige commandanten, vooral binnen de Afghaanse politie, rekruteren minderjarigen voor gevaarlijke opdrachten en maken zich schuldig aan seksueel misbruik van jongens. Een nieuwe overeenkomst tussen de Verenigde Naties en de Afghaanse overheid moet dit aan banden leggen.

Dat heeft Radhika Coomaraswamy, de Speciale Vertegenwoordiger van de VN voor Kinderen en Gewapende Conflicten, gezegd tijdens een persconferentie. Ze zei dat er goed werk te verrichten valt door de situatie “te observeren”.

De VN beschikt over foto’s en andere bewijzen die aantonen dat vooral de Afghaanse politie minderjarigen rekruteert. Jongens van 12 tot 16 jaar werden ingezet om voertuigen te doorzoeken en controleposten te bemannen.

Bacha-bazi
Jongens worden ook gebruikt voor Bacha-bazi. Bijzonder machtige krijgsheren en regionale commandanten binnen al de veiligheidsdiensten en van de strijdmachten die strijden tegen de overheid bezitten jonge jongens die leren om voor ze te dansen.

Dit moeten ze doen in een feestelijke entourage en vervolgens worden ze seksueel misbruikt. De hoeveelheid jongens waarover de commandanten beschikken en die voor ze paraderen, geeft ze een gevoel van macht en kracht.

“De Afghaanse overheid, moslimgeleerden (Ulema) en de fundamentalistische Taliban die strijdt tegen de regering zijn officieel tegenstanders van deze praktijk, evenals de burgersamenleving,” aldus mevrouw Coomaraswamy. “Maar het gaat straffeloos door.”

“Het komt wijdverbreid voor en het moet bestreden worden als we dingen willen veranderen.”

Er moet een eind komen aan Bacha-bazi, de praktijk van “dansende jongens”.

De VN probeert een belangrijke rol te spelen om de regering van Afghanistan te helpen bij het re-integratieproces van de slachtoffers.

Actieplan
In een plan van aanpak dat is ondertekend met Afghaanse functionarissen in Kabul zegt de overheid toe om kinderen te beschermen die getroffen worden door het gewapende conflict, het rekruteren van minderjarigen in de nationale veiligheidsdiensten te voorkomen, en hen te re-integreren in de burgermaatschappij.

Vorig jaar april verscheen er een rapport van de VN over Kinderen en Gewapende Conflicten waarin de Afghaanse politie werd genoemd in verband met de werving van kinderen.

De VN zal de situatie verder observeren, maar beschikt niet over aantallen kinderen die strijdkrachten van de overheid of opstandelingen rekruteren.

De overheid antwoordde met het instellen van een comité dat bestaat uit leden van verschillende ministeries om samen met de VN een actieplan op te stellen.

In het plan zijn maatregelen uitgewerkt, zoals een verbetering van de geboorteadministratie en methodes om leeftijden te controleren. Verder moet er onderzoek worden uitgevoerd en daders van het werven van minderjarigen en seksueel geweld moeten worden vervolgd.

Het verslag van de VN en de persconferentie:
Seksueel misbruik en rekruteren kinderen door politie Afghanistan